Kiezen voor later
Volgende week beginnen de examens. Mariska heeft nog steeds geen opleiding gekozen.
‘Meid, het wordt steeds moeilijker een geschikte school voor je te vinden. De uiterste inschrijfdata zijn voorbij. Nog even en alles zit vol.’
Mariska haalt haar schouders op.
‘Als ik nu zeg: ik wil iets doen met…, wat zeg je dan?’ probeer ik.
‘Ik weet het niet. Niks eigenlijk.’
Zij kijkt me aan. Lief. Open. Onbevangen. Een kind nog. Ik voel me bijna schuldig, omdat ik haar moet lastig vallen met vragen, die van een beslissende invloed kunnen zijn op haar leven.
Als vader van twee dochters probeer ik haar het pad van de zelfstandigheid te wijzen: ‘Je moet voor jezelf kunnen zorgen. Bij je ouders kan je niet eeuwig blijven wonen. Straks ben je afhankelijk van de bijstand. Of van een man en kan je geen kant meer op.’
Nou toevallig,’ zegt Mariska, ‘de man die ik kies: ten eerste moet hij goed kunnen dansen en ten tweede moet hij de ideale man zijn…’
Ik lees ze nog steeds elke dag, maar schrijf niet elke dag op dat ik het zo leuk vind. Maar… dat is wel zo.