Op naar de ballonnen
Maar dan wordt het tijd, tijd voor de ballonnen, daar is het allemaal om begonnen tenslotte.
We gaan weer een smal pad van marktstallen in en daar zien we de eerste, een hele achterwand vol ballonnen in een marktstal van wel 10 meter schat ik. Daarvoor kleine, middelgrote en levensgrote poppen die te winnen zijn. Nut geniet al zichtbaar. Per beurt mag je drie pijltjes gooien die samen twintig bath kosten. Dat doen we een flink aantal keren maar we komen per beurt niet verder dan één kapot gegooide ballon en winnen niets. Maar er zijn wel twintig stallen met deze pijltjes-op-ballonnen-gooierij, en wat verderop lukt het mij om er in een beurt twee kapot te krijgen waardoor Nut een middelgrote Kermit mag uitzoeken. Happy girl en trots op mij natuurlijk!
Maar er is veel meer te doen, met name in de goksfeer. Kienen of bingo zo u wilt, waar wel honderd spelers tegelijk kunnen deelnemen. De prijzen echter zijn niet groots. We zien een 1,5 literfles Cola als hoofdprijs gaan en haken af. Dan, een grote tafel met rondom een soort rails van nummers waar 20 bath biljetten op kunnen worden gelegd en in het midden een schuin rechtop staand bord met spijkers waartussen een knikker langzaam naar beneden kringelt en uiteindelijk op een nummer valt. Verdekt opgestelde roulette concludeer ik, en mag geen foto’s maken. Je kunt net als bij roulette gokken op één of meerdere nummers en al naar gelang verwatert je mogelijke prijs. Nut doet een paar keer mee maar haakt teleurgesteld af bij verlies. Of een simpele loterij, vijf lootjes voor twintig bath, open maken en zien of een nummer correspondeert met een nummer op een van de poppen, en warempel we winnen een groot hartvormig kussen waarop allerlei cartoonfiguren staan.
En dan toch een ballengooierij, maar dan anders dan bij ons. Een gezichtje op een plankje. Dat plankje staat op een blikje. Dat plankje moet/mag je met een bal eraf gooien, zelfs van heel dichtbij, maar het blikje moet blijven staan, anders geen prijs. De uitbater doet het even voor, ah, makkelijk. We spelen allebei drie keer maar de blikjes donderen er natuurlijk wel af. Er kan ook geschoten worden. Nut wil graag met een revolver en schiet tien keer op het papieren hoofd van een onbekende. Vol trots toont ze het resultaat: vijfkeer midden in het gezicht. Dat vieren we met een cocktail, gekocht bij de befaamde, op alle Thaise markten opduikende Volkswagen-bar-bus.
Ondertussen heeft Nut al een frietzak vol met wormachtige insecten weggewerkt. Ik heb me veilig aan – weliswaar fel gekleurde – kokoskoekjes gehouden. We wandelen richting kermis maar daar aangekomen krijg ik Nut toch nergens in. Ze zal wellicht verwachten dat de wormen zich alsnog gaan oprichten als ze teveel rondgezwierd wordt. Op de terugweg zien we wat levende have, zoals minikonijntjes die te koop zijn, geitjes die gevoederd mogen voor een paar bath, maar ook dooie vogeltjes aan het spit die opgegeten moeten. Dat bamboe niet alleen door panda’s gegeten wordt zien we nog eens terug bij de ingang die dus ook al schuifelend de uitgang blijkt. De grote eet-nu-bamboe stand net buiten de markt is bijna helemaal leeg verkocht.
Ik hou aan dit hele gebeuren het gevoel van de jaren zestig over, kermis met ballen gooien, touwtje trekken en schieten. Alle etenswaar is dan vervangen door suikerspin, kaneel- en zuurstokken, oliebollen, patat en haring. Wat onveranderd is, is de vrolijke ‘iedereen gelukkig’ sfeer. Oh, bijna vergeten, Nut kocht nog een stapel loten voor het goede doel bij het Rode Kruis, won niets, maar kreeg wel een grote zak met goodies als troostprijs. Tevreden als blije kinderen keren we met de handen vol huiswaarts.
Geef als eerste een reactie