Ik kon de chaos niet meer vinden,
overal was symmetrie,
elke beweging immuun
Toen ineens: een duister gen,
bevelend dat ik weg moest
van waar ik lang gewoond had
Nu kan ik niet meer uitleggen
waarom ik hier gekomen ben
Mijn orde is verplaatst,
mijn terugweg in verval
De glimlach van de inlanders
begrijp ik na jaren nog niet
Ik vermaak hen,
geef hen geïmporteerde rijst
in ruil voor voedsel
‘Heb je buikpijn?’ vragen ze
‘Nee’
‘Is het dan misschien je dak dat lekt?’
‘Geen dak, geen lek.’
‘Wat is er dan vreemdeling?’
‘Het is niets,
ik kan alleen de plaats
niet meer terugvinden
waar ik geboren ben,
de aarde die mij bedekken zal’,
zelfs ‘gedoemd te zwerven’
is verdwenen
‘Niets doen, altijd zo doorgaan’,
antwoorden ze,
‘naar niemand speciaal op zoek,
en alleen zorgen voor wie
echt niet verder kan’
Geef als eerste een reactie